Het Nieuwe Normaal vraagt nieuwe IT

Back to normal Metri

We moeten 1,5 meter afstand van elkaar houden. Mogen elkaar geen hand meer geven. Dat is wat we altijd en overal horen vanaf de dag dat Corona uitbrak. Het Nieuwe Normaal. Intussen vallen bedrijven om of missen de boot als het gaat om nieuwe IT-bewegingen. Hoe zien die bewegingen eruit? Eén ding is zeker: het bedrijfsleven, én de IT, zal nooit meer hetzelfde zijn. Ook hier is sprake van Het Nieuwe Normaal.

Veel ondernemingen hebben het moeilijk. Zij doen er – volgens eigen overtuiging – álles aan om deze periode te overleven en teren in op eventuele reserves. Hiervoor is een (extra) kritische houding ten aanzien van alle uitgaven binnen een organisatie nodig. Dit geldt voor de lopende, korte termijnuitgaven, maar ook die voor de lange termijn. De reserves en eventueel opgelopen schulden, moeten gecompenseerd gaan worden.

Intussen verandert er op operationeel gebied ook veel. In een razend tempo. Mensen werken op een andere manier samen, neem alleen al de meetings die tegenwoordig op grote schaal online op afstand plaatsvinden. Bij deze veranderingen hoort ook een ander gebruik van de IT-middelen. Lopende trends versnellen in hoog tempo. Nieuwe vraag naar dienstverlening neemt toe; de vraag naar bestaande services neemt (blijvend) af. De vraag is: welke gevolgen heeft deze aardverschuiving op de IT-budgetten? Metri brengt de vijf belangrijkste, te verwachten, bewegingen in kaart die van invloed zullen zijn op de IT-budgetten.

De CIO en de spagaat

‘Corona’ zorgt voor financiële tegenvallers en dus worden er besparingsprogramma’s opgezet. Ondersteunende afdelingen, zoals HR en Financial, zijn net als IT vaak onderdeel van zo’n ‘bezuiningsronde.’ Naarstig zal er gezocht worden hoe er op personeelskosten bespaard kan worden. Om dit te kunnen realiseren moeten processen verder geautomatiseerd worden. En krijgt u van de CIO de vraag: hoe moderniseer ik het IT-landschap en breid ik de functionaliteit uit. Hij of zij komt dus in een spagaat terecht: er staat druk op het budget, terwijl de vraag toeneemt. Hoe komt de CIO uit deze precaire situatie? Om te beginnen: hij zal lopende contracten heropenen. Maar daarmee is hij er niet. De druk om het IT-landschap te vereenvoudigen en te standaardiseren, om op basis hiervan duurzame besparingen te realiseren, is groot in dit soort crisistijden. Deze beweging zorgt voor verlaging van de beheerkosten, maar maakt het ook eenvoudiger om het netwerk te blijven moderniseren en uit te breiden.

Van werkplek naar ‘thuiswerkplek’

We gaan meer en meer thuiswerken. Ook een beweging die veel effect zal hebben op de gevraagde IT-diensten. Waar bedrijven diensten vanuit het eigen kantoornetwerk regisseren zal dit voortaan vanaf elke willekeurige plek moeten kunnen. Dit betekent operationeel een transformatie, met ook financiële gevolgen. Bij verandering van de werkplek is het maar de vraag of medewerkers met de huidige hardware en software geholpen zijn. Een flexibele werkomgeving betekent dat mensen meer behoefte hebben aan draagbare devices. Dit kunnen laptops zijn, maar ook tablets en surfaces. Iedereen heeft straks meer en meer zijn eigen behoeften en de vraag naar Bring Your Own Device-ondersteuning zal toenemen. Dat betekent niet alleen dat er geld uitgetrokken moet worden voor aanschaf en ondersteuning, maar ook voor werkplekken bij de softwareleverancier, inclusief aanvullende communicatie- en beveiligingssoftware. Maar horen we je denken, iedereen werkt toch thuis tegenwoordig? Klopt. Maar thuis hebben ‘we’ een internetverbinding die ingericht is op basis van consumentengebruik. Het is van belang dat zakelijke informatie snel kan worden binnengehaald. Bij zakelijk gebruik, waarbij gewerkt wordt met Online-conferentie-oplossingen met ondersteuning voor audio en videodelen en bij werken op basis van onlinebestanden middels bestandsdeling oplossingen, is het van groot belang dat informatie snel verstuurd kan worden. Dit zijn over het algemeen duurdere abonnementen. Op dit moment worden deze abonnementen in de regel privé betaald. Hoe dat in de toekomst is, is nu de vraag. Door de verschuiving van de werkplek bespaart een onderneming op andere kosten, met de reiskosten als de meest voor de hand liggende. Komen deze besparingen ten goede aan het IT-budget?

Meerdere afslagen: van LAN naar WAN

Verandering van de werkplek zorgt voor verandering van netwerkgebruik. Waarbij eerst vrijwel al het verkeer via het LAN-netwerk op kantoor ging, loopt in de toekomst het verkeer veel meer vanaf willekeurige plekken. Deze verschuiving eist een andere inrichting. De werkplekken zullen met VPN-verbindingen aangesloten worden op het bedrijfsnetwerk. Hier komen aanvullende licentiekosten bij kijken.

Van LAN naar (SD) WAN: met die transformatie moet u in staat zijn gemakkelijker op veranderende wensen in te spelen. Met behulp van SD WAN is het mogelijk snel capaciteit op en af te schalen. Dit is noodzakelijk in tijden van onzekere vragen. Financieel betekent dit dat LAN-netwerken wellicht versneld moeten worden afgeschreven aangezien capaciteit overbodig is geworden. Daar staat tegenover dat er investeringen gedaan moeten worden in het (SD) WAN-netwerk.

Nog meer in de Cloud….

Om goed in te kunnen springen op de gevraagde veranderingen van de IT-dienstverlening verschuift de dienstverlening versneld naar publieke cloud-oplossingen. Werkplekdiensten, inclusief de applicaties, kunnen op deze manier snel worden gemoderniseerd en voorzien van de gevraagde communicatiediensten. Het gebruik van cloud heeft op verschillende manieren effect op het IT-budget. Enerzijds heb je de verschuiving van de kosten van de eigen infra en hardware naar de publieke. Anderzijds verhuist hierdoor een deel van de beheertaken naar de cloud beheerder. Voor veel bedrijven betekent dit werk van eigen mensen naar een externe partij. Om de voordelen van de Cloud volledig te kunnen benutten zullen veel processen en systemen eerst gestandaardiseerd moeten worden. Dit betekent dat aanzienlijke projectinspanningen geleverd moeten worden. Op dit moment is in de markt zichtbaar dat veel IT-projecten stil zijn gelegd. Indien straks deze projecten weer worden opgestart en er daarnaast veel vraag is naar aanvullende projecten, bestaat het risico dat de tarieven van de IT-expert gaan stijgen.

Criminelen kiezen het cyberpad

Ook de criminaliteit is aan het verschuiven. Doordat mensen continu hun dag thuis doorbrengen en winkelstraten verlaten zijn, is de fysieke misdaad aan het afnemen. Digitale criminaliteit neemt juist toe, ook door het toegenomen digitale verkeer.

De meeste bedrijven hebben de security ingericht op basis van de aanname dat het meeste verkeer via het LAN-netwerk wordt afgehandeld. Het is niet ongebruikelijk dat applicaties, waarbij kritische informatie wordt gebruikt, alleen op kantoor kunnen worden gebruikt. Fysieke toegangsbeveiliging is ook op basis hiervan ingericht. Dit model zal moeten worden aangepast. De gebruiker zal vanaf iedere locatie veilig bij alle onderdelen van het bedrijfsnetwerk moeten kunnen komen. Dit betekent dat het WAN-netwerk volledig beveiligd moet worden en dat kost veel geld, om de beveiliging opnieuw in te richten, maar ook om het te onderhouden. De inrichting zal van bedrijf tot bedrijf verschillen, maar bij alle inrichtingen zal echter gelden dat deze duurder is dan de huidige.

Werknemers zullen op dit moment geen beveiligd thuisnetwerk hebben, anders dan de standaard beveiliging meegeleverd bij de gebruikte devices en de service provider. Dit zal niet meer afdoende zijn. Om veilig thuis te kunnen werken zullen extra maatregelen genomen moeten worden om ook die kant van de bevinding te beveiligen. Dit zit feitelijk in het privédomein van de werknemer. De vraag is dan ook wie voor deze kosten gaat opdraaien…

Conclusie: veel onzekerheid!

De komende periode zal operationeel en financieel veel onzekerheid met zich meebrengen. Sturen op budgetten en zoeken naar kostenoptimalisatie mogelijkheden zal onverminderd belangrijk zijn. Om hier nu meteen mee aan de slag te gaan heeft Metri een rapport opgesteld met 10 tips om kosten te besparen.

SD-WAN is geweldig… maar niet voor iedereen

Netwerk Metri

SD-WAN: de reclamefolders staan er bol van. Een hype, roept de één. Uitvinding van de eeuw, zegt de ander. Of is het gewoon weer een buzz-woord waar we met z’n allen achteraan lopen? Het antwoord is simpel: software defined wide area networks kunnen van grote waarde zijn voor veel bedrijven die de juiste keuzes willen (laten) maken in netwerkland. Kán. Maar dat geldt zeker niet voor elke organisatie …

Wat is SD-WAN? Feitelijk komt het erop neer dat het systeem de juiste keuzes voor je maakt. Je wilt van Maastricht naar Schiphol? SD-WAN zorgt dat je niet alleen over de snelweg moet – beter niet, veel te druk – maar dat er ook een treinstation- en verbinding aanwezig is en je veel beter met de trein kunt gaan. Het gaat zelfs verder: SD-WAN heeft allang gezien dat je koffer te groot is voor je auto en zorgt dat er een vliegtuig voor handen is. SD-WAN zorgt dat niet alle mensen (lees: data) over één snelweg moeten, maar regelt de beste opties – op het gebied van configuratie met internetverbindingen, glasvezelkabels, simkaarten, schotels, talloze providers en alles wat ons netwerklandschap rijk is en ‘rijker’ maakt. Top toch? Maar ja, er zijn vele technische applicaties, verschillende opties, valkuilen… En vooral: verschillende kosten. Het zal eens niet…

Hoe beweegt SD-WAN zich op de markt?

Sommige organisaties hebben al succesvolle SD-WAN-implementaties achter de rug. Diverse netwerkpartijen (de providers, de ‘draden’ naar IT-oplossingen) worstelen met positionering op de markt terwijl SD-WAN (het ‘kastje’ zelf) wordt verkocht als warme broodjes. De meeste klantorganisaties denken inmiddels te weten dat SD-WAN een kostenbesparing met zich mee kan brengen, maar welke voordelen zijn er nog meer? Waar gaat het over? Als we naar netwerkpartijen kijken (zowel telco’s als leveranciers van netwerkapparatuur) wordt deze vraag steeds net iets anders beantwoord. Je moet dus kritisch naar de uitdagingen van netwerken en mogelijkheden van oplossingen kunnen kijken. Een blik op de techniek is daarbij onvermijdelijk. En dat begint met de vraag: hoe kunnen we SD-WAN echt kenmerken?

Een terugkerend en breed gedragen kenmerk is er zeker. In dit artikel beschouwen we SD-WAN als de functionaliteit om data in laag 4 tot en met 7 van OSI te gebruiken om routingkeuzes te maken. En dan gaat het natuurlijk meteen om de aanwezige voordelen.

Voordelen SD-WAN

Over het algemeen wordt een verlaging van de kosten van een bedrijfsnetwerk als een belangrijke use case gezien om te kiezen voor een SD-WAN-oplossing. Bij het analyseren van mogelijke use cases is het verder van belang om twee aandachtspunten helder te hebben. Ten eerste is het zo dat ogenschijnlijk verschillende voordelen vaak ‘gecamoufleerde kostenvoordelen’ zijn. Als een netwerkprobleem met traditionele technologie kan worden opgelost, maar met SD-WAN goedkoper, dan hebben we het over een kostenvoordeel. Ten tweede is het belangrijk om te begrijpen dat voordelen voor de IT-afdeling niet altijd voordelen zijn voor de organisatie. Deze laatste kwestie kan een uitdaging vormen voor netwerkleveranciers en een toegevoegde waarde van hun proposities.

Goed om te weten: 5 use cases voor SD-WAN

  1. Verlaging kosten bedrijfsnetwerk
    Overstappen van twee MPLS-verbindingen naar een enkele MPLS-verbinding met lage bandbreedte gecombineerd met één of twee internetlijnen is een populaire keuze om de kosten van een netwerk te verlagen.
  2. Verhoging van de kwaliteit van het bedrijfsnetwerk
    Dit kan gezien worden als een gecamoufleerd kostenvoordeel. Immers, het aansluiten van extra (kostbare) MPLS-verbindingen kan tot een hogere kwaliteit leiden. Het is echter in veel gevallen een te dure optie om dit voor alle locaties in een netwerk te overwegen.
  3. Gemakkelijker beheer van het WAN door de IT-organisatie
    Dit is met name van belang bij organisaties die het netwerkbeheer zelf in handen hebben. Centraal beheer van alle netwerkcomponenten, netwerkfunctievirtualisatie en cloud security zijn bijkomende voordelen van veel SD-WAN-oplossingen. De daadwerkelijke mogelijkheden verschillen echter behoorlijk tussen leveranciers.
  4. Verbetering van netwerkprestaties bij veel internetverkeer
    Een SD-WAN heeft de mogelijkheid om internetverkeer lokaal naar het internet te routeren. Dit betekent dat het MPLS en het datacenter minder of geen druk ondervinden van internetverkeer. Ook dit is een gecamoufleerd kostenvoordeel. Immers, het is ook een mogelijkheid om simpelweg het MPLS-netwerk te upgraden.
  5. Verbeteren van de connectiviteit naar leveranciers van clouds en SaaS
    Door verkeer slimmer te routeren (nogmaals, door middel van informatie in de hogere lagen van het OSI-model) kan de kwaliteit van connectiviteit naar allerlei clouds en SaaS-applicaties verbeterd worden.

Conclusie: kwaliteit kán omhoog, kosten kúnnen omlaag

De conclusie kan getrokken worden dat SD-WAN met name gebruikt wordt om een netwerk van hoge kwaliteit te ontwerpen. Het is met deze techniek mogelijk om deze hogere kwaliteit te behalen tegen kosten die een stuk lager liggen dan in het geval van traditionele oplossingen. Maar er zijn valkuilen.

Zo is niet iedere klantorganisatie klaar voor de hoeveelheid controle die ze in handen krijgen. De talenten om SD-WAN op volle kracht in te zetten zijn lang niet altijd in de organisatie aanwezig. Een andere valkuil is het beleid van netwerkleveranciers en dan met name de leveranciers van verbindingen. Klantorganisaties verwachten substantieel lagere kosten en leveranciers proberen hun omzet met man en macht te beschermen. Dit leidt soms tot beleid dat moeilijk kan worden geaccepteerd door trouwe klanten.

Metri geeft geregeld advies en ondersteuning bij het inkopen van SD-WAN-dienstverlening. De sourcingpractice van Metri begeleidt RFP-trajecten die samen met onze benchmark practice factbased worden gemaakt. In deze trajecten zorgen we voor het aandachtig inkopen van bedrijfsnetwerken en voorkomen we dat valkuilen veranderen in problemen. Zoals met alles geldt ook op het gebied van SD-WAN: kennis is macht.

Meer kosten besparen?

Wie wil er nu overbodige kosten? Niemand. Toch worden ze bij vele bedrijven gemaakt. Terwijl besparen makkelijker is dan u denkt, als je het in één keer goed aanpakt met de juiste partijen aan tafel. En dan gaat het soms maar om een uur werk per dag en voor je het weet heb je een maandelijks overschot van soms duizenden euro’s gerealiseerd. Dat is snel verdiend. Metri helpt je graag op weg naar een gezonder uitgavepatroon en een enorme besparing op de IT-kosten, zodat er ook nog eens gespaard kan worden of nieuwe investeringen gedaan kunnen worden. Kortom: aan de slag!

Hoe krijgt IoT voet aan de grond?

Applicatie portfolio

De toepassing van data uit sensoren en slimme apparaten kent in Nederland een langzame start. Dat is opmerkelijk want nieuwe technologie wordt in ons land vaak genoeg gretig omarmd. Neem bijvoorbeeld de low-code trend. Ook met IoT kan het snel gaan, als je kijkt naar de aanpak van het smart city programma in Hilversum.

Nederland loopt internationaal achter op het gebied van IoT zo was kort geleden te lezen in de Computerweekly publicatie ‘Dutch IoT value still not understood’. Hoewel het aandeel van wereldwijde organisaties dat IoT in applicaties gebruikt de afgelopen vijf jaar is verdubbeld tot 29%, blijft Nederland steken op 13%. Deze cijfers zijn gebaseerd op een internationale enquête van Vodafone uit 2018 naar de wereldwijde adoptie van IoT. Interessanter dan dit getal is de verklaring die aan de lagere adoptie werd gegeven. Nederlandse organisaties zetten IoT voornamelijk in voor verbetering van de klantervaring, de verzameling van data en het verhogen van de productiviteit. Er is terughoudendheid om businessmodellen te verbeteren door de data uit slimme apparaten ook echt te gaan gebruiken in een nieuw verdienmodel bijvoorbeeld. Die lage ambitie houdt je tegen.

Tenen

Tot nu toe staken Nederlandse organisaties vooral hun tenen in het water. Bedrijven experimenteren met IoT-technologie om te kijken hoe deze innovatie de efficiëntie en winstgevendheid zou kunnen verhogen. Neem een Rijkswaterstaat die begin vorig jaar meldde dat het tien sluizen aan een sensornetwerk had gekoppeld om deze kunstwerken real-time te kunnen monitoren. Veel organisaties zijn niet verder gekomen dan de pilotfase, omdat ze in hun eentje de businesscase niet rondkrijgen voor een grotere uitrol. Als sensortechnologie op grotere schaal aangezet moet worden, dan zijn er verschillende partijen in de waardeketen die de meerwaarde moeten zien en ervaren. In het gepolder dat vervolgens ontstaat, is het lastig om die innovatie echt tot stand te laten komen.

Zo niet in Hilversum. Aan het einde van de zomer meldde deze gemeente dat het een consortium geselecteerd had voor de realisatie van Smart City Hilversum. De toepassingen draaien om het publiek belang. Voorbeelden zijn een betere doorstroming van het verkeer door stoplichten sneller en beter te laten reageren op de omstandigheden. Hulpdiensten moeten hierdoor sneller op locatie kunnen komen of groepen fietsers krijgen een groene golf mee, zodat zij zich sneller door de stad kunnen verplaatsen. Om de veiligheid op straat te verbeteren, gaat de straatverlichting automatisch feller oplichten bij ongebruikelijke geluiden. Die lantaarnpalen spelen ook een rol bij het meten van luchtkwaliteit. Verder wordt er een Smart City Lab opgericht, waarin bewoners en ondernemers, jong en oud ideeën opperen en verkennen om zo bij te dragen aan de ontwikkeling van smart city-toepassingen.

Waarom dit keer wel?

Centraal in het smart city project staat niet de technologie maar het welzijn van inwoners en bezoekers van Hilversum. Hun leven moet prettiger en aangenamer worden. Dat is ook een belangrijke overweging geweest bij de selectie in deze tender. Dat was een lastige keuze, want er deden maar liefst vijftien consortia mee aan deze tender. De gemeente Hilversum In het winnende consortium zitten Atos, Dynniq, Esri, Sorama, ViNotion, Vodafone Ziggo en Sustainder. Dynniq, Sorama, ViNotion en Sustainder leveren de sensoren en hun toepassingen, die voor een belangrijk deel in lantaarnpalen en lichtmasten verwerkt zullen worden.

Het hart van het nieuwe en slimme Hilversum bestaat uit het Smart City Hubs platform van Esri, waar de informatie uit sensoren samenkomt en wordt verwerkt tot beslisinformatie. Atos vervult de rol van system integrator en VodafoneZiggo levert de netwerkdiensten. Door deze combinatie van gevestigde partijen en starters die samenwerken in een nieuw overkoepelend platform wordt de basis gelegd voor de inzet van nieuwe technologie en data. De richting die de gemeente Hilversum met dit initiatief zoekt draait om het publieke belang. Deze duurzame basis laat zien dat IoT de hype voorbij is. Het is tijd om initiatieven op te schalen.

Datacenters, durf te remmen!

In de jaren ‘60 en ‘’70 ben ik opgegroeid in Laren, Noord-Holland. Dat was in die tijd nog een prachtig en lommerrijk plaatsje met minimaal acht ambachtelijke bakkers die zelf nog hun brood bakten. Als je naar school fietste rook het er heerlijk. Als je nu door Laren fietst, loop je tegen een muur op van tientallen, exact op elkaar lijkende, modezaken van veel te dure merken. Ik weet uit betrouwbare bron dat de oude sfeer door veel mensen gemist wordt. Dit heeft overigens niks met nostalgie of leeftijd te maken.

Ik trek graag de parallel met de dichtbebouwde industrieterreinen met hoge, raamloze, zwarte betonnen panden waar veelal datacenters in huizen. Er zijn niet minder dan 33 datacenters in Amsterdam en omgeving op een kleine 20 vierkante kilometer.

Uit de grond gestampt

Ons kantoor bevindt zich op Schiphol-Rijk waar onder andere Equinix in hoog tempo meerdere datacenters uit de grond stampt. Prachtige technologie aangestuurd door intelligente software en robotsystemen. Vele duizenden vierkante meters die relatief weinig werkgelegenheid opleveren en bijzonder veel stroom vragen. Meer dan 5 procent van de stroomcapaciteit in Amsterdam en omgeving wordt opgeëist door datacenters.

Nu heb ik helemaal niks tegen datacenters, ik vind ze zelfs prachtig van binnen en ronduit indrukwekkend als je erin rondloopt. Maar ik lees nu in veel kranten en op websites dat het schadelijk is voor de nationale economie als gemeentes iets langer gaan nadenken over de zin en onzin van het blind laten neerzetten van deze zwarte dozen. Maar wellicht is eerst goed nadenken helemaal zo gek nog niet. Sterker, dat is zelfs heel verstandig.

Te hard?

Op het eerste gezicht stuiten de recente commentaren van Dutch Data Center Association DDA in de media mij flink tegen de borst. Het lijkt nogal opportunistisch en naïef om alleen te wijzen op voordelen als de vele investeringen die buitenlandse bedrijven doen en de kansen die dit biedt voor de Nederlandse economie. Nadelen zijn er natuurlijk ook. Zouden de leden van deze club zelf nooit eens de gedachte hebben gehad: gaat dit niet te hard? Even die twijfel hebben gevoeld als ze weer eens door Schiphol Rijk of de Haarlemmermeer reden? Ontwikkelingen als Artficial Intelligentie en cloud computing slaan echt niet dood als we even niet gaan uitbreiden, dat weet DDA zelf ook.

In een eerste reactie op de eigen website roept de datacenter associatie in een persbericht op tot een constructieve dialoog met de gemeentes. Dat is hard nodig, want in de regio Amsterdam is al jaren een nijpend tekort aan netcapaciteit. De verdeling van die schaarse nutsvoorziening moet met beleid gebeuren. Daarnaast moet er een doorbraak komen in warmtenetten. Dat kan als de restwarmte van datacenters het stempel hernieuwbare energie kan krijgen. Voor een doorbraak op deze punten moeten beide partijen over hun eigen schaduw stappen.

Geëxplodeerd

Ik weet dat ze in de gemeente Laren met man en macht weer proberen om wat echte bedrijvigheid in het dorp terug te krijgen. Er is een groot probleem; de vierkante meterprijs is zo geëxplodeerd dat de gewone ondernemer dit niet meer kan opbrengen. De grote modezaken gelukkig ook niet meer.

Data als kruit voor de aanval

Public cloud; bedrijven klein en groot hebben het ook aanvaard als standaard voor dataopslag en informatiemanagement. De vele mogelijkheden om strategische waarde uit data te halen, betere middelen voor gegevensbescherming en lagere kosten maken de public cloud tot een logische keuze. Het voorkomt dat organisaties verdrinken in een niet in kaart gebrachte, risicovolle zee van data met lage waarde. In plaats daarvan moeten zij dit kostbare kruit klaar maken voor de aanval.

Data en gegevensbeheer, afgenomen als een dienst vanuit een public cloud als die van AWS, is het volgende grote ding, voorspelde Stijn Christiaens, CTO van Collibra, op het hoofdpodium van de AWS Summit, die medio april 2019 plaatsvond in Amsterdam. Eigen implementaties van datalake toepassingen als Cloudera Mapheart en de IBM-versie van Hortonworks zijn verruild voor datalakes in de public clouds van AWS, Microsoft en Google. Cloud als leveringsvorm speelt sowieso een fundamentele rol in de digitaliseringsbeweging die veel organisaties op dit moment doormaken. Dat geldt zeker ook voor de strategische asset nummer 1: data.

Silo’s

Zover zijn veel bedrijven nog niet. In de meeste organisaties zit data op dit moment opgeslagen in verschillende silo’s of wordt niet centraal opgeslagen. Organisaties halen die schotten eruit en brengen hun informatie onder een grote opslagplaats in het middelpunt, vanuit een centraal beleid om capaciteit te besparen, maar vooral ook vanuit de overtuiging dat dit beleid essentieel is om deze data voor een ander doel te kunnen hergebruiken. Bewaar iedere snipper informatie, is het idee. Vroeg of laat wil je het hergebruiken in een proces om klanten beter te kunnen bedienen. Adequaat beheer van ongestructureerde data is dan een absolute vereiste. Doe je dat niet, dan zal deze informatieberg in zowel financiële als in technische zin tot een enorm pijnpunt uitgroeien.

Zwitserland

Collibra is een Belgisch softwarebedrijf dat zich gespecialiseerd heeft in het beheer van gegevensverzamelingen voor grote organisaties. Met de SaaS-oplossing van deze leverancier is de trek naar de public cloud die organisaties op dit moment ook met data ondernemen goed te ondersteunen, legt Christiaens later uit in een zijkamertje in de kantlijn van de drukbezochte AWS summit. “Collibra is altijd het Zwitserland geweest in de datawereld. Dat is een rol die leveranciers als Informatica en Oracle niet op zich hebben kunnen nemen, omdat zij hun eigen database technologie uitbaten. Nu public cloud doorbreekt ook bij datamanagement bevindt ons bedrijf zich op een ideaal uitgangspunt. Om met iedereen goed samen te kunnen werken moet je open en neutraal zijn. Dit zit ons in de genen. De software van Collibra ondersteunt drie smaken van data deployments: on premise, multi cloud en hybrid.”

Collibra komt in de markt dataopslag in de public cloud van AWS het meeste tegen. Daarna volgen Microsoft Azure en Google op gepaste afstand. De keuze voor public cloud is deels kosten gerelateerd. Eigen implementaties van datalake technologie zijn kosten intensief. Niet door de kosten voor de IT-infrastructuur als fysieke opslagmedia, maar meer door het onderhoud. Voor eigen data lake implementaties zijn netwerkenigineers nodig, alsook infrastructuur die betaald wordt, naar het aantal opslagnodes, dat zij beheren. In een public cloud valt deze kostenpost voor klantorganisaties weg en blijft betalen per byte en per seconde over. Maar ook in een cloudomgeving als die van AWS heb je specifieke kennis nodig om kosten te kunnen beheersen. Collibra zelf bijvoorbeeld bespaart 80% op de kosten door de juiste serverinstances in deze cloud te gebruiken en on demand te combineren met de goedkopere varianten reserved en spot instances. Het zijn vooral de vele mogelijkheden om strategische waarde uit de data te halen die AWS als platform interessant maken. De functionaliteit AWS Deepracer bijvoorbeeld maakt het mogelijk om trainingsmodellen voor Artificial Intelligence veel sneller in te kunnen zetten en te laten renderen in praktijksituaties.

Moeras

Bedrijven brengen data onder in een data lake, maar dat kan uitdraaien op een data swamp, ofwel moeras stelt Christiaens. Na 1 tot 2 jaar weten organisaties niet meer wat er in hun datalake zit. Die onwetendheid brengt risico’s met zich mee als je kijkt naar de AVG-regelgeving. Dit soort defensieve doelstellingen is een belangrijke use case voor het gegevensbeheer zoals de Collibra-software dat ondersteunt. Zo’n 10 jaar geleden was de financiële crisis een zegen voor het bedrijf. In navolging van deze crisis moesten financiële instellingen aan steeds strengere regels voldoen voor het beheer van hun data. Zo was ten alle tijde voldoende en gedetailleerd inzicht nodig in de eigen liquiditeit en solvabiliteit. Collibra is deze toepassing gaan faciliteren en deed dat zo succesvol dat het in datamanagement op dit moment concurreert met grote namen als IBM, SAS en SAP.

Een defensieve toepassing als het kunnen voldoen aan regelgeving hebben inmiddels plaatsgemaakt voor datastrategieën die organisaties vooruithelpen in de wereld. Nu hebben de ondersteuning van business drivers als het faciliteren van AI en cloud het bedrijf in tal van andere industrieën gebracht. Collibra heeft klanten als DNB, Proximus en Adobe, die hun gegevensbeheer op een hoger plan willen brengen omdat ze ervan overtuigd dat hun bedrijfsmodellen de digitale disruptie moeten overleven. “Voor een offensieve inzet van data moet je deze asset ook van haver tot gort kennen”, aldus Christiaens.

Assymetrisch

Collibra werkt met een asymmetrisch licentiemodel. Collibra werkt met een asymmetrisch licentiemodel voor authors aan de ene kant en consumenten aan de andere kant. In de SaaS-oplossing is metadata te beheren, zoals het eigenaarsprofiel van een record en een histogram van een data-element. Hiermee kunnen bedrijven op een geavanceerde en gedetailleerde manier naar hun data kijken. Allerlei data uit subprocessen zijn in een catalogus samen te brengen om waardevolle dataelementen te identificeren, die kunnen dienen om bedrijfsprocessen te verbeteren. Door zijn omvang en sterke groei werkt het bedrijf ook veel samen met partners. Alle vier grote accountantskantoren, Deloitte, E&Y, PWC en KPGM zetten Collibra in om hun klanten te kunnen adviseren over het verbeteren van hun datamanagement.

Ook deze ondersteuning van offensieve dat strategieën legt het bedrijf bepaald geen windeieren. Begin dit jaar haalde Collibra 100 miljoen dollar investeringskapitaal op bij CapitalG, een aan Google verbonden investeringsfonds. Het Belgische bedrijf treedt daarmee toe tot een exclusieve club van Europese technologie `unicorns`, bestaande uit bedrijven als Deliveroo, TransferWise, Adyen en Spotify. De nieuwe investering verhoogt de marktwaarde van het Brussels bedrijf tot boven de miljard dollar. Eerder had Collibra al 133 miljoen dollar aan investeringsgeld opgehaald. De nieuwe ronde is onder andere bedoeld om de mogelijkheden voor AI uit te bouwen en beheerhandelingen in de software verder te automatiseren.

Enterprises vol in public cloud

En weer is er een ballon doorgeprikt: de public cloud wordt alleen gebruikt door startups, grote ondernemingen steken alleen hun teen in het water met testomgevingen. 80% van de bedrijven met een beursnotering aan de AEX gebruikt AWS op een aanzienlijke manier, stelde Kamini Aisola, directeur Benelux op de in april gehouden Amazon Web Services Summit 2019. Dat PostNL daar één van is, was geen nieuws. Wel dat het post- en pakketbedrijf één van zijn kernapplicaties op de AWS cloud gaat baseren.

De toepassing van AWS bij PostNL is in een nieuwe fase beland. Dat liet Marcel Krom, CIO van PostNL weten op de AWS summit. “Deze public cloud is binnen ons bedrijf uitgegroeid van een cloud die voornamelijk infrastructuurdiensten levert naar wat je een functioneel ecosysteem zou kunnen noemen”, meldde Krom op het hoofdpodium. “Als pakketbezorger wil je de klant zo goed mogelijk informeren over het tijdstip van bezorging. Naarmate die bezorgtijden nauwkeuriger worden, moet je in de logistieke keten met meer data gaan werken. Door nieuwe software, die klanten informeert over de bezorgstatus van pakketten, op serverless applicatiecomponenten uit de AWS-cloud te baseren, verwacht PostNL een betere klantervaring te kunnen bieden. In combinatie met een volledig functioneel datalake creëert PostNL de mogelijkheid om deze omgeving sneller en beter te ontwikkelen.”

Beloofde tijdstip

Het bezorgen van een pakket op het beloofde tijdstip wordt als hoge kwaliteit dienstverlening aangemerkt. Pakketbedrijven moeten met heel veel data werken om hun klanten goed te informeren over een zo specifiek mogelijk bezorgmoment van een pakket. Een public cloudomgeving als die van AWS heeft voorzieningen om in twee weken tijd een compleet datalake voor opslag van data uit een productiesysteem te implementeren. Vanaf dat moment kun je Artifical Intelligence toepassen in de logistieke keten. Daar komt veel informatie bij kijken. De statistieken met informatie uit 4 duizend retail verkooppunten voor pakketten bijvoorbeeld. De pakketvolumes bij de verwerking en de bezorging zijn met algoritmes beter af te stemmen op het aanbod. Daarnaast kan accurate informatie het logistieke proces versterken. Op het moment dat een nieuwe bezorger in een wijk rondrijdt, wil je dat deze medewerker met dezelfde kennis kan werken als een collega die deze route goed kent. Met dit soort achtergrondinformatie bij de hand, wordt de kans dat consumenten in dit bezorggebied een goede klantervaring krijgen groter.

Mensen vormen de kern van innovatie en ze zijn gelukkiger als ze met AWS-technologie kunnen werken, stelde Krom. PostNL is van plan om voor de ontwikkeling van de nieuwe logistieke applicaties zelf weer softwareontwikkelaars in dienst te nemen. Deze insourcing van softwareontwikkeling is een opmerkelijke stap en moet ervoor zorgen dat technologie gebaseerde innovatie bij PostNL in een hogere versnelling komt. De stap naar de public cloud zelf is voor PostNL bepaald niet nieuw. Al in 2011 besloot het bedrijf alle IT-systemen naar de cloud te verhuizen. Die migratie heeft jaren in beslag genomen. Dit jaar gaat het laatste eigen datacenter pas dicht. De interactie met medewerkers en marketing en commercie verloopt via SaaS-software van Salesforce. HR en finance wordt ingevuld met een cloudversie van SAP-software.

Innovatie

PostNL was niet het enige bedrijf uit de logistiek, die de eigen innovatie voor een belangrijk deel op de cloud van AWS baseert. De van oorsprong Amerikaanse fabrikant van vrachtwagens en trailers Wabco gebruikt deze public cloud om de dienstverlening rond wagenparken op een hoger plan te brengen. Het bedrijf heeft een Internet of Things (IoT) -connectiviteitsoplossing ontwikkeld die real-time track & trace-functionaliteit combineert met diagnostische informatie over trailers. Klanten kunnen met deze oplossing de positie van trailers volgen en daarnaast ook de conditie van de lading in de gaten te houden. Het bouwen van de oplossing en het inzetten van deze vernieuwing bij klanten verloopt twee keer zo snel door het vanuit een public cloud te ontwikkelen.

Ook Hylke Sprangers, CTO van Talpa, ontbrak niet. Sprangers praatte zijn publiek bij over het vorig jaar met de Knvb geïntroduceerde VoetbalTV. Er zijn nu ruim 100 amateurclubs, die met volautomatische videocamera’s en een algoritme de bal herkennen. De camera’s zoomen op het juiste moment in op het veld, waardoor het spel goed te volgen is. De content wordt ontsloten via een sociale app. Daarnaast helpt VoetbalTV verenigingen de kwaliteit van het voetbal te vergroten doordat hun trainers in een analysetool beelden van wedstrijden kunnen evalueren. Talpa zet AI inmiddels ook in bij andere commerciële toepassingen. Een voorbeeld is de site VakantieVeilingen dat big data technologie inzet om een miljoenen publiek aan consumenten het gewenste product tegen de voor hen gewenste prijs aan te bieden.

Datamanagement

Datamanagement en analytics uit de public cloud wint aan populariteit. Een belangrijke, eerste grote stap van ondernemingen in de public cloud is het gebruik van database-as-a-service. De waarde van AWS is hierbij niet zozeer goedkope rekenkracht. Het is vooral verlaging van de onderhoudskosten, omdat eigen IT-infrastructuur niet meer beheerd hoeft te worden. De Aurora-dienst van AWS biedt ondernemingen de prestaties en betrouwbaarheid van een commercieel databaseproduct tegen een fractie van de kosten. Dus niet zozeer het uitsparen van dure databaselicenties als wel toegang tot een volledig beheerde tool trekt klanten aan. Volgens AWS-directeur Benelux Aisola is Amazon Aurora de snelst groeiende dienst in de geschiedenis van de provider.

Coolblue is één van de labels, die recent op deze databasedienstverlening is overgestapt. Maar ook als deze verbeteringen na een overstap gerealiseerd zijn, blijft het zaak om de kosten van cloudconsumptie in de gaten te houden. Op het congres liet een ervaren gebruikersorganisatie zien dat 80% op de kosten te besparen is door de juiste serverinstances in de AWS-cloud in te zetten. Door on demand capaciteit te combineren met de goedkopere varianten reserved en spot instances kon het bedrijf zijn rekening bij deze provider verregaand verlagen. Wil je meer weten over de mogelijkheden om strategische waarde uit data te halen, betere middelen voor gegevensbescherming en lagere kosten van datamanagement in de public cloud, lees dan het interview met Stijn Cristiaens, CTO van Collibra, dat binnenkort op de METRI website verschijnt.

Is het netwerk klaar voor cloudverkeer en digitalisering?

METRI

Het cloudgebruik heeft een omslagpunt bereikt. Versterkt door ambitieuze plannen voor digitalisering, kiezen organisaties ook in hun kerntoepassingen voor software en hardware-omgevingen die vanuit de cloud geleverd worden.

Figuur 1. Uitgaven aan SaaS in Nederland x miljoen euro
Bronnen: ABN Amro & Gartner

Deze ontwikkelingen stellen nieuwe eisen aan de opzet van het Wide Area Network en bijbehorende netwerkdienstverlening. Het is tijd voor een strategische vernieuwing van het bedrijfsnetwerk.

Standaardisatie op het cloudleveringsmodel is op dit moment het best waar te nemen bij software in huurvorm. Waar het gebruik van Software-as-a-Service-software (SaaS) in de beginjaren vaak onder de radar van IT bleef, is het inmiddels uitgegroeid tot de standaard leveringsvorm voor software. De overstap op SaaS verloopt drie keer harder dan de overstap op Platform-as-a-Service en twee keer zo hard als infrastructuurdiensten (Infrastructure-as-a-service) vanuit de cloud.

Die groei is aanzienlijk, omdat SaaS al veel in gebruik was. In een internationaal onderzoek van Bettercloud uit 2017 gaf driekwart van de organisaties aan dat binnen twee jaar 80% van het applicatieportfolio zal bestaan uit SaaS-software. Belangrijke voordelen van SaaS voor gebruikers zijn flexibiliteit, betalen naar gebruik en lagere kapitaalsinvesteringen. Cijfers over de adoptiegraad van SaaS in Nederland zijn niet voor handen, maar een indicatie voor groei is er wel. Naar schatting wordt er dit jaar in Nederland over de hele linie 1 miljard euro uitgegeven aan SaaS-diensten. Dat is een stijging van 20% ten opzichte van een jaar geleden.

Office 365

Van SaaS is lange tijd gezegd dat alleen specifieke, ondersteunende diensten van deze standaardoplossingen gebruik zouden kunnen maken. Daar is inmiddels verandering in gekomen. Voor het hele applicatieportolio zijn nu SaaS-varianten beschikbaar. In een recent onderzoek van Smart Profile onder Nederlandse organisaties zijn HR en CRM nog steeds belangrijke categorieën binnen SaaS, maar ook ERP en branche specifieke toepassingen zijn flink opgekomen. Kantoorsoftware is uitgegroeid tot de grootste categorie. Het gebruik van Office 365 is zo hard toegenomen dat het zelfs Microsoft heeft verbaasd. Het bedrijf liet enige tijd terug weten dat in 2019 twee derde van zijn Office-businessklanten met de SaaS-variant werkt. Die mijlpaal wordt een jaar eerder bereikt dan Microsoft oorspronkelijk verwacht had.

Ook in het domein van de legacy applicaties is de beweging naar cloud duidelijk ingezet. ERP-applicaties worden nog steeds voornamelijk op locatie gebruikt. Ook in dit domein is de groei van cloud varianten is onmiskenbaar. Uit het onderzoek ‘The impact of cloud on erp’ van de Cloud Security Alliance (CSA) blijkt dat ondervraagde organisaties die binnen een half jaar hun ERP-applicaties gaan vernieuwen, vaker kiezen voor cloud IaaS (55%), PaaS (55%) en SaaS (49%) dan voor een volledige on-premise versie (24%). Veel organisaties gebruiken of stappen over op hybride ERP-modellen waarbij meerdere implementatievormen gecombineerd worden. Tussenvarianten zijn veel gezien, waarbij IaaS en SaaS met on premise worden gecombineerd. SAP S/4HANA is een goed voorbeeld van een leverancier die bij vernieuwing van de software klantorganisaties stimuleert om cloud te gebruiken. Een meerderheid van 64 procent van SAP-gebruikers is op dit moment betrokken in een ERP-migratie naar de cloud blijkt uit het eerdergenoemde CSA-onderzoek.

Figuur 2. Software varianten die in SaaS-vorm afgenomen worden.
Bron: Smart Profile.

Datamigratie is vaak een bottleneck bij dit soort projecten, waarbij belangrijke delen van de oplossing op externe clouddiensten gebaseerd worden. Dat komt omdat de bestaande opzet van het Wide Area Network (WAN) kan het netwerkverkeer tussen het eigen datacenter en een extern gehoste SAP-cloudomgeving vaak niet goed aan. Het WAN is lang niet altijd klaar om de nieuwe verkeersstromen die grootschalige cloudomgevingen met zich meebrengen goed te faciliteren. Dat ligt niet alleen aan de capaciteit van de verbindingen zelf. Ook de opzet moet anders.

Figuur 3. Gebruik meerdere SaaS-providers verzwaart netwerkverkeer (in Gbps).
Bron: Equinix.

Het aantal SaaS-oplossingen, dat bedrijven gebruiken, neemt sterk toe. Dit heeft een flinke verzwaring van het netwerkverkeer tot gevolg, zoals te zien is in figuur 3. Bedrijven gebruiken op dit moment volgens het eerdergenoemde onderzoek van Bettercloud gemiddeld 16 SaaS-applicaties. Dat is een stijging van 33% ten opzichte van 2016. Achter al deze software zitten verschillende cloudomgevingen die elk op hun beurt weer ondergebracht zijn in een fysiek datacenter. Dit is niet transparant voor de eindgebruiker en deze hoeft het niet te beheren, maar er moet wel voor gezorgd worden dat gebruikers van deze software een goede gebruikerservaring hebben. Daarnaast moet het een verbinding zijn die aan de beveiligingsstandaarden van organisaties voldoet.

Op een hoger niveau

Er zijn extra maatregelen en investeringen nodig in het netwerk om deze beweging naar cloudomgevingen goed te faciliteren. Een verbinding naar één of een handvol SaaS-providers is nog goed te managen. Als standaard internetverbindingen niet meer voldoen, kunnen organisaties kiezen voor private, losse verbindingen naar public clouds. De Expressroute verbinding naar de Azure cloud zijn daar een goed voorbeeld van. En ook AWS, Google en andere cloud spelers hebben hier allemaal oplossingen voor. Maar in plaats van het oplossen van dit ene specifieke probleem is het nodig om voor een geïntegreerde oplossing te vinden. Toekomstige netwerkvoorzieningen zullen de flexibiliteit en prestaties moeten leveren die nodig zijn om een multicloud-portfolio te ondersteunen.

In een nieuwe strategie rond cloud connectiviteit zal interconnectie een belangrijke rol spelen. Interconnectie is het verbinden van twee of meer netwerken voor de wederzijdse uitwisseling van netwerkverkeer om de betrouwbaarheid en efficiëntie van het netwerk te vergroten. Deze mogelijkheid om een rechtstreekse verbinding te leggen met serviceproviders is van oudsher het domein van internetbedrijven. Nu het cloud leverings model dominant is geworden in de markt is het ook relevant voor zakelijke klanten. Door de opkomst van software defined netwerktechnologie is interconnectie op de markt gekomen in een vorm die het geschikt en toegankelijk maakt voor enterprise afnemers. Netwerkfuncties die voorheen in hardwarevorm geleverd werden zoals routering, loadbalancing en security zijn nu als een dienst af te nemen. Ook cloudexchanges die on demand toegang geven tot meerdere cloudomgevingen zijn daar een voorbeeld van.

Meer informatie

In een volgende blog gaan we kijken naar de mogelijkheden van software defined netwerktechnologie om het bedrijfsnetwerk wendbaarder te maken en klaar voor bredere toepassing van cloud. METRI werkt op dit moment aan het strategic report ‘Interconnectie in een digitale economie’ over cloud connectivteit. In dit rapport gaan we in op nieuwe aansluitmogelijkheden op cloudvoorzieningen. Interconnectie versterkt de flexibiliteit van het netwerk en biedt extra capaciteit. Kijk voor meer informatie op deze landingspagina.

De top 10 van 2018

We starten het nieuwe jaar, dus is het traditiegetrouw tijd voor lijstjes. En wat zegt nou meer over het jaar dan de tien berichten die het afgelopen jaar het best gelezen zijn? Niets! Daarom heeft METRI  bij deze de top-10 meest gelezen berichten uit 2018 voor je verzameld.

10 Opkomende digitalisering jaagt tarieven van externe IT-ers omhoog

De Nederlandse economie heeft de stijgende lijn flink te pakken. In de zakelijke dienstverlening wordt weer volop geïnvesteerd in bijvoorbeeld digitalisering of andere bedrijfstransformaties, die in veel gevallen een ICT-component kennen. Het crescendo van de economie vertaalt zich in een duidelijke stijging in de tarieven van externen.

9 Managed security services verhogen weerbaarheid organisaties

Bestuurders van organisaties leggen security veelal in handen van hun technische experts, terwijl zij het zelf als een bedrijfskundige kwestie aan zouden moeten pakken. In het aanbod van managed security services is genoeg gerichte hulp van buiten te vinden waarmee de weerbaarheid effectief omhoog kan. Wat vooral nodig is, is een cultuurverandering in de directiekamer. Bestuurders moeten de agenda bepalen en security benaderen als hun probleem.

8 Low-code: reddingsboei of springplank?

Veel organisaties omarmen low-code applicatieontwikkeling om software gedreven innovatie op de rit te krijgen. Vanuit zijn expertise rond applicatiebeheer en softwareontwikkeling plaatst CAST Software vraagtekens bij de recente hausse rond low-code. Is deze nieuwe vorm van maatwerk een reddingsboei of kan het ook echt een springplank zijn voor een nieuwe toekomst?

7 Modernisering softwareontwikkeling met low-code

Op dit moment hebben veel organisaties low-code omarmd om hun software gedreven toekomstplannen te realiseren. Low-code is de benaming van een nieuwe generatie programmeerhulpmiddelen. Tot op een hoog niveau wordt de abstractielaag van modellen gebruikt om het proces van softwareontwikkeling te versnellen. Werknemers met hooguit wat basis programmeerkennis kunnen een aanzienlijk deel van de applicatieontwikkeling voor hun rekening nemen. Dat klinkt bedrijven in de huidige IT-arbeidsmarkt als muziek in de oren. Daarnaast is de ontwikkeling, het testen en het live brengen van applicaties volledig gestroomlijnd door een platform aanpak.

6 Zit na SLA nu XLA in ons DNA?

Is uw tevredenheid al eens gemeten? Wist u dat SLA achterhaalt is en XLA helemaal in? Het eerste staat voor Service Level Agreement, het tweede voor eXperience Level Agreement, ofwel het meten van de ervaringen over de geleverde dienstverlening. Is dit wel meetbaar? En zo ja, wat is dan het effect?

5 IT starts with the facts

In een samenleving waarin IT de ruggengraat is van iedere organisatie, is hoge kwaliteit van de onderliggende data – harde feiten – rond de consumptie van technologie cruciaal. Na vijftien jaar geleden te zijn gestart als specialist in IT-benchmarking, heeft METRI zich de laatste jaren bewezen als allround advisory voor alles wat met grote IT-projecten te maken heeft. Het draait hierin om de juiste kennis, de juiste mensen en feiten waarop organisaties hun strategie en beleid kunnen baseren. Het bedrijf helpt bij het verbeteren van de inrichting en besturing van de IT-infrastructuur en -consumptie.

4 IT FlexRates

METRI volgt al jaren de tarieven van veel voorkomende IT-rollen op de voet. Organisaties, die met een flexibele schil werken, hebben er belang bij om de inhuurtarieven transparant te maken. Betaal ik te veel of juist te weinig voor de verschillende IT-rollen is een kardinale vraag in een effectieve wervingstrategie. Met de tool ITFlexrate, gebaseerd op de uurtarieven database van METRI, krijg je inzicht.

3 Een Business aanpak van security

Organisaties hebben onvoldoende zicht op de impact van cyberdreigingen. Bij security wordt nu vaak gedacht aan technische oplossingen als firewalls en het toepassen van twee vormen van authenticatie bij het inloggen. Terwijl deze maatregelen in de praktijk beperkt effectief zijn om ongeautoriseerde gebruikers buiten het bedrijfsnetwerk te houden.

Er is een andere aanpak nodig, waarbij meer aandacht is voor organisatorische maatregelen. Aandacht voor het verbeteren van het beveiligingsbewustzijn bij alle medewerkers is een goed voorbeeld van zo’n voor veel organisaties nieuw accent. Door cyberdreigingen als bedrijfsrisico te verkennen en security beleidsmatig stap voor stap op een hoger plan te brengen, kunnen organisaties het tij keren.

2 Zicht op de flexibele schil

De IT-arbeidsmarkt vertoont veel tekenen van oververhitting door het aantrekken van de economie. De tekorten op de IT-arbeidsmarkt zijn inmiddels groter dan voor de crisis tien jaar terug. De toegenomen vraag naar specifieke IT-kennis en ervaring heeft zijn gevolgen voor de inhuurtarieven van extern IT-personeel. Het tarief van IT-flexkrachten die rechtstreeks vanuit een detacheringsovereenkomst of die als zelfstandige ingehuurd worden is sinds 2015 gemiddeld met 4% gestegen. De inhuur vanuit beheer of mantelcontracten geeft organisaties toegang tot lagere tarieven voor veel gevraagde rollen als database administrator of security specialisten.

1 Robotisering van de servicedesk

Praten tegen een virtuele assistent of routinematige handelingen als password reset door een robot laten afhandelen. Bij end user management heeft robotisering aantoonbare toegevoegde waarde, mits deze software robots niet als een gimmick worden ingezet maar vanaf het begin de business waarde centraal staat. De claims dat toepassingen op basis van kunstmatige intelligentie servicedesks veel beter laten functioneren zijn hard te maken als organisaties robotisering inzetten als onderdeel van een breder programma om servicemanagement te vernieuwen.

De vloed bereikt het netwerk

Het is een van de mooiste manieren om tijd en verandering te ervaren. Wandelend langs een zomers zandstrand, zie je met het verstrijken van de uren de golven de kust opkomen. Binnen een half uur herken je de vloedlijn al niet meer terug. In de IT-industrie zien we een soortgelijk verschijnsel doordat het on demand leveringsmodel als wassend water sterk is opgekomen. Voor datacenter voorzieningen als rekencapaciteit en opslag is public cloud de standaard, maar ook in het netwerkdomein zijn belangrijke nieuwe stappen gezet. De vloedlijn is duidelijk verschoven als je kijkt naar het Wide Area Network.

Er is een nieuwe golf aan netwerkvoorzieningen aangeboord nu AWS en Microsoft met zijn Azure-cloud het speelveld van internationale dataverbindingen hebben betreden. Deze grote cloudproviders hebben sinds kort mogelijk gemaakt om het netwerkverkeer van klanten in en tussen landen via hun netwerk te laten verlopen. Tot voor kort was het zo dat je alleen binnen één en dezelfde regio cloudvoorzieningen als virtual machines aan elkaar kon knopen tot een eigen bedrijfsnetwerk met een eigen ip-nummerplan. Met een subnet en NAT (network address translation) kon je dit eigen cloud-netwerk op een veilige, controleerbare en deels afgeschermde wijze bereikbaar maken voor andere onderdelen in het bedrijfsnetwerk.

Doordat zo’n netwerkvoorziening alleen binnen één regio te gebruiken was, was het netwerk in kwestie eigenlijk alleen maar lokaal toepasbaar. Daar is verandering in gekomen. Sinds kort kun je dit nu niet alleen binnen één en dezelfde AWS-regio toepassen, maar kun je virtuele bedrijfsnetwerken die zich in verschillende regio’s bevinden van deze cloudprovider aan elkaar knopen. Het verkeer tussen deze voorzieningen laat je over de backbone van zo’n provider lopen. Wat voor AWS geldt, is deze week ook aangekondigd door Microsoft: de Azure cloud heeft nu officieel een virtueel WAN.

Netwerkverkeer routeren

Het in een cloud aangemaakte LAN is op deze manier uit te breiden tot een WAN zonder de gebruikelijke internationale verbindingen te hoeven gebruiken. Wereldwijd kun je het eigen netwerkverkeer routeren over het netwerk van een hyperscale cloud provider. Amsterdam-Frankfurt, New-York, je zegt het maar. Er is alleen nog maar de eerdergenoemde rechtstreekse verbindingen naar de cloud nodig op locaties in de verschillende landen, waar organisaties een bedrijfsvestiging willen aansluiten. Het interregionale verkeer in de AWS-cloud is een nieuwe voorziening die nog niet overal beschikbaar is, maar wel tussen de VS en Europa blijkt uit deze blog. Op basis van deze local loop-verbindingen en het aanbrengen van de juiste instellingen van de subnetten is op zo’n manier een internationaal eigen bedrijfsnetwerk te implementeren in een hyperscale cloud.

Een bijkomend voordeel van een virtueel WAN in de cloud van een hyperscale provider is dat het beleid rond security en routering voor een grote verzameling vestigingen op een centrale plek te beheren is. Microsoft wijst op een firewall voorziening in Azure die als een centrale, virtuele toegangspoort fungeert voor alle aangesloten bedrijfsvestigingen. Dit beleid is te stroomlijnen door het aan te laten sluiten bij het softwarematig beheer van het netwerkverkeer in SD WAN verbindingen. Microsoft geeft aan de appliances en het bijkomend netwerkmanagement van Citrix en Riverbed te kunnen ondersteunen. Daar komen binnenkort nieuwe smaken bij, maar op dit punt is Microsoft bezig met een inhaalslag op AWS. De marktplaats van Amazon is al een jaar ruim voorzien van alle gangbare SD WAN spelers, security dienstverleners en werklast verdelers.

Eerste golf

De aankondigingen van AWS en Microsoft laten zien dat de vloedlijn in het netwerkdomein anno 2018 een flink stuk is opgeschoven. In de eerste grote golf van cloudadoptie zijn organisaties vooral bezig geweest om hun verbindingen met cloudvoorzieningen op een hoger plan te krijgen. Naarmate er meer clouddiensten gebruikt werden, voldeden gangbare centrale verbindingen met internet niet. Toegewijde IPsec gebaseerde VPN-verbindingen kwamen op, die de bedrijfsnetwerken indirect aansloten op cloudvoorzieningen. In een nieuwe generatie cloudconnecties is er een directe koppeling met hyper clouds te maken. Microsoft ExpressRoute en AWS Direct Connect zijn daar de bekendste voorbeelden van. En in die clouds zelf zijn de mogelijkheden om een eigen afgeschermd bedrijfsnetwerk samen te stellen. In de AWS en Microsoft -cloud krijgen de klanten de garantie dat de virtuele netwerkinterfaces volledig buiten internet geplaatst blijven. Alle vormen van segmentatie en beveiliging van het netwerkverkeer zijn voor handen: van het maken van subnetten, definiëren van toegestane verkeerstromen tot het toepassen van firewalls.

Deze ontwikkeling geeft duidelijk aan welke kant het opgaat met cloud connectiviteit: de public cloud slokt niet alleen servers en opslag op, maar nu ook het WAN. De vloedlijn is in het domein van connectiviteit aanbeland. Wat moet u met deze constatering? Er is een grote kans dat de netwerkvoorzieningen van een WAN uit de public cloud sneller in te zetten zijn, betere resultaten opleveren of voordeliger uitpakken. Na de zomer gaat METRI Research dit thema uitwerken in een whitepaper over cloud connectiviteit. Daarnaast zou METRI graag de casus van het toepassen van zo’n cloud WAN als alternatief voor een internationale transitverbinding nader bekijken. We weten nog niet of het werkelijk beter en voordeliger uitpakt, maar zoeken het graag voor u uit.

Software defined WAN, wat krijg je dan?

In de markt voor netwerkconnectiviteit heeft nog nooit zoveel dynamiek gezeten als nu. Na compute en storage maakt virtualisatie ook in dit domein korte metten met netwerkhardware, hetgeen de flexibiliteit ten goede komt. Traditionele telecompartijen zijn volop aan het innoveren om programmeerbare netwerken tot een realiteit te maken. Daarnaast zijn er tal van nieuwkomers en we staan aan de vooravond van netwerkdiensten die vanuit de public cloud zullen komen.

In de markt voor enterprise connectiviteit trekken kreten als SD-WAN, Hybrid WAN en Network Function Virtualization veel aandacht op dit moment. Het nieuwe marktaanbod is in veel gevallen dermate anders dat een nieuwe aanpak van sourcing raadzaam is. In de bestaande opzet hebben veel organisaties naast de verbindingen zelf ook het beheer van de benodigde netwerk-hardware aan de serviceprovider uitbesteed. Dat is een bewuste keuze, omdat het om specialistische apparatuur gaat die door de provider beheerd worden. Maar die afhankelijkheid komt tegen een hoge prijs nu in de WAN-dienstverlening steeds meer Network-as-a-Service-concepten (NaaS) opkomen, waar klantorganisaties zelf aan de knoppen kunnen zitten.

Tijdens het Jaarcongres Innovatie en Transformatie van ICT Media, dat komende dinsdag 19 september plaatsvindt, laten ondergetekende en Richard Kramer, IT Infrastructuur Architect bij PostNL, zien wat concreet de impact van software defined networking is op innovatie en de sourcing van connectiviteit bij het postbedrijf. Virtualisatie – de ontkoppeling van fysieke netwerkcomponenten en de functionele aanwending – breekt het domein van de bedrijfsnetwerken open. Alleen verstaan klantorganisaties en providers hetzelfde onder open?

Wat als een novum je wereld op zijn kop zet?

Toen de mobiele telefoon haar intrede deed, dacht iedereen: wat fijn, geen draadje. Gewoon buiten lopen en bellen, handig. Ik kan me nog het gevoel van vrijheid herinneren die mij dit gaf. Wat ik en niemand toen wist, is dat de mobiele telefoon een ware revolutie zou ontketenen. Nu is er cloud. Zelfde verhaal. Tijd voor een radicaal andere aanpak.

Volgens mij was het 1998. Ik kreeg mijn eerste mobiele telefoon van het bedrijf waar ik toen werkte. Ik voelde me de koning te rijk. Bellen vanuit de auto, vanaf de pont, langs de snelweg als ik pech had… Ik realiseerde me totaal niet dat het niet alleen handig was, maar dat het mijn hele manier van werken en denken zou veranderen. Mensen die een dag hun telefoon kwijt zijn, verliezen in een klap de richting in hun leven. Wie zijn telefoon niet heeft, is ook zijn fototoestel, horloge, agenda, wekker, televisie, betaalmiddel, buienradar, contacten en de weg kwijt.

En toen kwam cloud als leveringsvorm van IT. Handig, niet meer zo’n kast onder je bureau waar je toch maar steeds blauwe schenen van kreeg. Ja, klopt, maar er is veel meer. Ook in dit geval. Realiseer je dat cloud niet een manier is om grote kasten uit het kantoor te krijgen – dat is hooguit een gevolg – maar dat het een nieuwe manier van denken, werken en leven is die op jou en op jouw organisatie een enorme impact heeft. Die impact is zo groot dat feitelijk alles anders moet. Simpel gezegd: je hebt er niets aan als je er niet alle voordelen uit haalt.

De klant

We kennen allemaal het verhaal van de klant met creditcard die voor zijn organisatie met een paar drukken op de knop een SaaS-applicatie aan de praat krijgt. De instant oplossing vult een functionele behoefte in en is beschikbaar met een maximaal snelle time to market. Het is opmerkelijk hoeveel klanten over hebben voor die elasticiteit. Bij traditioneel maatwerk werd er eindeloos gesteggeld over de eisen rond een functionele behoefte. Nu is er een online oplossing en de klant past zich met zijn functionele eisen gewillig aan bij wat er beschikbaar is in de markt. Als het morgen maar beschikbaar is en overmorgen uit gezet kan worden als het niet meer bevalt.

De IT-organisatie

We hebben een tijdje gedacht dat de rol van de IT-organisatie enorm zou verwateren op het moment dat cloud IT uit de muur tot realiteit zou maken. Dat blijkt in de praktijk een stuk genuanceerder te liggen. Niet alle benodigde functionaliteit is nu al verkrijgbaar in de vorm van ready made web applicaties, dus moet er vaak nog gesleuteld worden om applicaties te laten draaien op cloudinfrastructuur en om deze te verbinden met oudere onderdelen uit de applicatiestack.

Sommige oudere applicaties en functionaliteit zullen waarschijnlijk nooit opgeslokt worden door cloud. Er blijft dus altijd behoefte aan een gecombineerde aanpak. Hybrid IT: een mix van Public cloud, Private cloud en on-premise IT. De opkomst van cloud betekent ook een fundamentele verschuiving van de rol van IT. De IT-organisatie is in steeds meer organisaties niet langer de vaste schakel tussen business en IT. De business koopt in veel gevallen zelf technologie in en doet rechtstreeks zaken met leveranciers. De IT-organisatie draagt wel verantwoordelijkheid als partner en adviseur naar de business en als broker en inhoudelijk aanspreekpunt naar een grote verscheidenheid aan leveranciers. Dus de beweging naar cloud kan niet zonder transformatie van de IT-functie.

De applicatiestack

Vroeg of laat zorgt cloud ook voor fundamentele keuzes rond applicaties. Op het moment dat cloud als primair platform boven komt drijven, kun je een transformatie agenderen waarmee de applicatiestack ingrijpend opgeruimd kan worden. Het 7R-principe is hierbij een goede leidraad. Dat zijn de zeven migratiekeuzes waar bij iedere applicatie een antwoord op moet komen: retire, retain, rebuy, rebuild, refactor, replatform en rehost. Bij 100 applicaties heb je dus te maken met zevenhonderd keuzes; genoeg complexiteit om als IT-organisatie externe expertise erbij te halen, al dan niet met geautomatiseerde hulpmiddelen.

Het beheer

Net zoals de smartphone heel wat apparaten overbodig heeft gemaakt, gooit cloud ook traditionele IT-beheerprincipes overhoop. Bij leveren via de cloud wil je niet steeds in één unieke vorm een dienst afnemen maar diensten herhaalbaar en voorspelbaar consumeren. Het Infrastructure as Code beheerprincipe biedt organisaties deze mogelijkheid. Operationeel beheer op basis van templates betekent niet langer opties aanklikken in het beheerportaal van de cloudprovider, maar al je wensen en eisen in het leveringsproces gestandaardiseerd via zogeheten templates laten verlopen.

Templates die je 1 keer hebt geprogrammeerd en die ervoor zorgen dat als je de volgende keer weer iets vergelijkbaars doet, je alleen maar een detail in de template hoeft aan te passen om de verandering in productie te nemen. En dat kan op een verantwoorde manier doordat je templates bijvoorbeeld kunt koppelen aan aanvraagprofielen. Zodat iemand die een nieuwe functie wil gaan testen niet meteen een passagiersbus uit de garage pakt maar voor de fiets kiest omdat het maar om een kleine boodschap gaat. Je kunt immers met een paar clicks alles bestellen in cloud, maar het kost je een hoop credits als een tester door verkeerde keuzes de facturen de pan uit laat rijzen. Met templates haal je een wereld van beheersing in huis, op het terrein van controle en dus ook rond security.

De juiste heartbeat

Ook applicaties kunnen via templates gedefinieerd en onderhouden. Hiermee krijgt DevOps, waarbij development en IT-beheer optimaal samenwerken, werkelijk de dynamiek waarvoor het bedacht is. Er kan in ketens van business tot en met infrastructuur continu worden ontwikkeld (Continuous Integration / Continuous Delivery) met een heartbeat die veel hoger ligt dan men gewend was. Er kan zo veel bereikt worden, maar in geval van fouten ook weer snel teruggedraaid naar een vorige, robuuste instance. Zo’n geoliede machine kan voor grote verbeteringen in applicatieontwikkeling zorgen. Applicatiekwaliteit en time to market met 25% verbeterd, deployment frequentie en kostenbesparingen met 20% omhoog zijn geen uitzonderingen als dit raderwerk eenmaal op stoom is.

Revolutie?

Zo bekeken is cloud geen evolutie, maar een revolutie. En bij revoluties geldt vooral dat de organisatie mee moet. Begin daarbij klein, maar breid de olievlek langzaam maar zeker uit. En denk hierbij vooral vanaf het begin groot. Want voor je het weet zitten in het bedrijf vooral medewerkers die geen idee hebben waar het over gaat en de aansluiting missen. Daarom is de beste ingreep misschien wel om medewerkers te vragen zich meteen nu, vandaag, klaar te stomen voor de cloud. En start met kleine, behapbare pilots. Geniet intussen van de ruimte onder en op je bureau. Maar niet te lang…

Volg je ons al?


Bij keuze voor server zit de duivel ook in de details

Twee collega’s mogen een nieuwe leaseauto uitzoeken. Dan kun je zeggen: kies voor een Seat of een Audi. Maar zo simpel ligt het niet. The devil is in the detail. Want waarom zijn exact dezelfde spiegels bij de een duurder dan de ander? Zo is het ook in de IT. Alleen kunnen wij het prijsverschil wel uitleggen…

Waarom kunnen wij wel goed inzicht in de detailprijs geven? Heel simpel: omdat we tijdens de benchmark op componentniveau uitvragen. Maar simpel is nog niet logisch, zeker als we even teruggaan naar de auto’s. Kijken we op de websites van de merken dan blijkt dat je bij Audi een automatisch dimmende binnenspiegel los kunt afnemen voor 344 euro en bij Seat alleen als je kiest voor het pakket Upgrade Prof 1. Wat je nu precies voor die spiegel betaalt, blijft onduidelijk. De IT-leverancier zegt vaak: deze server kun je aanschaffen, alles zit erop en eraan. Wij weten meer. Dat er een extra LAN-aansluiting los verkrijgbaar is, om maar weer eens diep in de detailsferen te geraken.

Ik benijd mijn twee collega’s niet. Welke opties gaan ze straks bij de leasemaatschappij aanvinken? Wat kost dat extra, blijven ze dan binnen hun leasebudget? Wat is de kwaliteit van de verschillende componenten? Want elk componentje heeft z’n prijs. Ook in IT. Ga je servers vergelijken: dan is de ene server bij leverancier A ook duurder dan die van leverancier B. Of andersom. En ook hier zijn er componenten die op het eerste oog identiek zijn maar toch in prijs verschillen. Met dit verschil: wij kunnen wel uitleggen waar dat prijsverschil vandaan komt. Terwijl die klant het niet ziet. De klant neemt het voor lief. Of beter gezegd: zijn verlies voor lief.

Je kunt een Storage Gigabyte afnemen, maar de een is sneller dan de ander. Aan de storage gigabyte prijslijst zie je dat niet. Wie de storage factuur ziet, krijgt twee compleet verschillende facturen van verschillende leveranciers. De een vraagt dertig cent en de ander veertig cent. Waarom? Het kan zijn dat de een sneller is (meer IOPS). Of dat-ie twee keer draait, in twee datacenters, mocht er bij een iets misgaan. De leverancier van de auto zal zeggen: ja, het is een Audi, daar betaal je voor. Bij ons is het anders. Want wij vergelijken de hele dag door. En dus kunnen wij wel goed uitleggen als er verschillen zijn. Het is belangrijk dat we alles kunnen uitleggen want dan weet de klant tenminste waar hij voor betaalt. De prijs kan correct zijn of juist een reden om een onderzoek te starten naar de juiste kwaliteit en dienstinhoud. De klant moet in ieder geval de keuze kunnen krijgen om iets wel of niet te doen, zodat hij een bewuste(re) prijskeuze kan maken. Nu is het nog te vaak: het zal wel. Of: we hebben het druk, waarom de IT zo duur is snappen we niet, maar laten we het maar doen want we moeten door. Er zijn bedrijven die meer dan een miljoen kunnen besparen op hun IT-budget maar dan roepen: dat is 0,3 procent van ons IT-budget, waar hebben we het over? Ja, over een miljoen euro dus.

Het is onze taak om de zaken zo transparant, volledig en fact based te maken. We hebben het over component based measurement. Deze aanpak waarborgt dat de dienstenstructuur van de klant niet verloren gaat. Door te benchmarken op componentniveau is het mogelijk componenten van referentieklanten af te stemmen op de klant. De specifieke structuur van de klant hoeft dus niet te worden omgevormd naar een ‘default’ model. Resultaten zijn transparant en goed te interpreteren. En onze gedetailleerde database stelt ons in staat onze klanten te voorzien van op feiten gebaseerde en pragmatische aanbevelingen, inclusief inzicht in best practices. En aanbevelingen zijn beschikbaar op zowel geaggregeerd hoog niveau als op gedetailleerd operationeel niveau.

Ik hoor overigens dat mijn beide collega’s voor een Audi heb gekozen. Benieuwd of de binnenspiegels toch de doorslag hebben gegeven…